Column Urgente OV-vraagstukken

28 februari 2023
Door: Jan van Selm - Directeur DOVA

Urgente OV-vraagstukken
In de loop van 2022 werd steeds duidelijker dat het einde van de pandemie niet vanzelf betekent dat het OV haar eerdere groeipad weer kan oppakken. Sterker nog, de vraagstukken namen alleen maar toe, zowel in aantal als in omvang. Om de urgente vraagstukken voor 2023 en 2024 het hoofd te bieden, organiseerden rijk, vervoerders en decentrale overheden in het kader van het Nationaal OV-beraad (NOVB) op 16 februari jl. een ‘Conferentie Urgente OV-vraagstukken’. Om verdere afbrokkeling van het OV in 2023 en 2024 te voorkomen. Tijdens de conferentie is zicht op concrete pakketafspraken ontstaan. In deze column een korte beschouwing.

Wat zijn de vraagstukken?
Tegen het einde van de pandemie werd duidelijk dat de reizigersaantallen nog lang niet terugkomen op het niveau van 2019. Het OV heeft in de periode 2020-2022 een stuk van zijn aantrekkelijkheid verloren. Dit werd in 2022 nog aangevuld met tekorten aan personeel (vacatures, ziekteverzuim), kostenstijgingen voor de sector (inflatie, brandstofprijzen), betaalbaarheid van OV voor reizigers en de dreiging van afnemende inkomsten vanuit grootgebruikerscontracten in de sector (bv doordat colleges nog regelmatig online worden gegeven). Deze vraagstukken in 2023 en 2024 zetten het huidige (ten opzichte van 2019 al afgeschaalde) voorzieningenniveau verder onder druk.

Waarom is verder afbouwen ongewenst? Wat staat op het spel?
Elke willekeurige ‘buitenstaander’ die zich verdiept in bovenstaande vraagstukken begint vervolgens met dezelfde vragen: 1. Kun je dit niet oplossen door het aanbod van OV verder te verminderen? En vraag 2: kun je veel OV niet vervangen door taxi-achtige oplossingen of deelauto-oplossingen?

Het antwoord op vraag 1 is echter: nee, dat is maatschappelijk zeer ongewenst! Immers, onze samenleving wenst participatie en dus bereikbaarheid van voorzieningen voor iedereen. En staat voor een grote verduurzamingsopgave (CO2, stikstof, energiegebruik). En moet onder behoud en versterking van de leefbaarheid een miljoen woningen bouwen, waarvan de inwoners ook hun bereikbaarheidswensen zullen hebben. En juist voor deze opgaven is goed OV cruciaal:

  • Voor de gewenste participatie is OV onmisbaar, velen beschikken immers niet over een auto.
  • OV is veel klimaatvriendelijker dan automobiliteit.
  • OV neemt veel minder ruimte in dan automobiliteit.

Om in verplaatsbehoeften van mensen te voorzien moeten we daarom weer terug naar de jaarlijkse groei in OV-gebruik die we voor de pandemie zagen. Daarvoor is een aantrekkelijk ‘OV-aanbod’ voorwaarde, zodat die opwaartse beweging ook weer op gang kan komen.

Daar komt bij dat je het OV-aanbod ook niet eindeloos kunt flexibiliseren. Afbouwen is veel gemakkelijker dan opbouwen. ‘Nú weg is lang weg’ en het risico op een spiraal naar beneden. Als genoemde vraagstukken in 2023 en 2024 leiden tot verdere afschalingen verdwijnen onze doelstellingen voor 2030 uit beeld. Slechts als we nu ‘positie houden’ kunnen we de groeilijn van 2000 tot 2020 weer in beeld krijgen voor de periode vanaf 2025.

En het antwoord op vraag 2 is: maar zeer beperkt. Taxi-achtige systemen en deelvervoer hebben zeker veel potentie, vooral om kleinere ‘kris-kras vervoerstromen’ te bedienen. Maar de tijd dat OV veel kleine vervoerstromen bediende, ligt na 20 jaar optimalisaties en groei tot 2020 ver achter ons.

Uitkomsten NOVB-conferentie Urgente OV-vraagstukken
Het grote maatschappelijk belang van OV werd op de conferentie door alle aanwezigen (reizigersvertegenwoordigers, Staatssecretaris Heijnen van I&W en ambtelijk vanuit meerdere departementen, en bestuurders van decentrale overheden en OV-bedrijven) onderschreven. Idem de ernst van de spelende vraagstukken in 2023 en 2024, en de urgentie om daarover tot gezamenlijke pakketafspraken te komen. Een concreet en samenhangend pakket aan afspraken diende zich vervolgens ook aan, rond kostenvraagstukken, reizigersvraagstukken en personeelsvraagstukken. De volgende stap is om dit ‘pakket in ontwikkeling’ te harden en tot besluiten te brengen. Er staat veel op het spel, en de bal ligt voor het doel … Nu nog ‘afronden’ de komende weken!